A Personal Gesture 2020 - heden

LiesbethBik


Arm en hand

Nooit eerder in mijn leven ben ik mij zo bewust geworden van dit deel van mijn lichaam als nu. De arm, uiteindelijk eindigend in de hand. Even nadat ik
A Personal Gesture van Anne in ontvangst nam, brak ik mijn pols. Een domme val. Natuurlijk. Hoezo? Wel, eindelijk konden we in juni 2021 weer naar kunst, naar musea, theaters, concerten. Mijn handen jeukten. Na de sportschool en het bordeel mocht nu ook de kunst weer open. Gelukkig! Ik haastte mij na een andere afspraak in Amsterdam naar de Appel, wilde daarna nog even snel naar Eye gaan. In mijn haast de ingang van de Appel te vinden struikelde ik over een stoeptegel. Ik viel. Op mijn hand, die de klap opving. Geen pijn, wel beetje dik. Beide tentoonstellingen wel gezien en op het Centraal Station even binnengewipt bij de dokterspost: geef me eens een hand, zei de verpleegster. Zonder aarzelen stak ik hem uit. Dat ging. Gekneusd dacht ze, even aanzien. Een paar dagen later toch via de dokter bij het ziekenhuis beland. Waar iedereen me plotseling heel omzichtig behandelde, na die eerste foto. Naar fractuurtje, zei een verpleegster. Even later werd mijn hand met wat ze Chinese vingertjes noemden, uit elkaar getrokken. Dan gips. Mooi rood.

Intussen lag A Personal Gesture op een kussen in mijn studio. Een arm met een hand eraan. Verrassend licht; het materiaal oogt zwaar als marmer maar voelt anders. Opmerkelijk. Plotseling kreeg die arm met een hand eraan een andere betekenis. Ik voelde een verwantschap met deze arm die ik niet eerder gevoeld had, ook al had ik die arm bij het overhandigen stevig en met zorg vastgehouden. Die mocht niet vallen. Samen waren we nu beiden gehandicapt, het beeld en ik. Letterlijk. Beiden ‘in reparatie’. Klaar, een afgerond proces voor de Pietà, in proces voor mij, maar beiden nooit meer hetzelfde. A Personal Gesture vulde de ruimte, de lacune, het gemis van wat eerst zo was, en plotseling anders. A Personal Gesture was voor mij bedoeld. Viel op zijn plaats. Onmiskenbaar. Nooit eerder was ik mij zo bewust van de hand. Mijn hand. Het ‘uiteinde van de arm’.

Het lichaam is een wonder. Gaandeweg werd ik steeds handiger: vaardiger, bedreven. Alles wordt steeds gemakkelijker gemakkelijk te hanteren. Handteren. Mijn linkerhand nam, zij het eerst met enige moeite, maar hand over hand steeds beter, de functies over van mijn rechter. Schrijven ging steeds handiger. En, totdat ik zover was, schreeuwde ik mijn emails en teksten naar mijn computer die ze gewillig uittikte. Handig.

De reikwijdte van de hand blijkt enorm. Hand. Wat een vat vol herkomsten en affiniteiten! Wat een connotaties! Een greep. En een disclaimer ter waarschuwing: hand is in het Hebreeuws ‘jatten’. Achterhouden; achteroverdrukken; gappen; van eigenaar verwisselen; handelen; klauwen; pikken; rippen; snaaien; enzovoorts. Google is mijn handlanger in dit relaas.

Dus: arm. Hand. Overhandigen. Handen schudden. Handicap. Onthand. Handig. Onhandig, ook. Een hand geven. Behendig. De handen in onschuld wassen. De handen ervan aftrekken. Handomdraai. De hand reiken. Handlanger. Handjeklap. Handhaven.

Handig, komt van hantag, of handugs, ook wel ‘wijs’, ‘scherp, spits’, en verwant met hannarr, ‘kunstvaardig, verstandig’. Door de hand gevormd: wat met de handen gebeurt, handig, geschikt, een handige hand hebbend. Handeling? Handelingsbekwaam? Tot ver in de jaren ‘50 van de vorige eeuw waren vrouwen niet geacht dat te zijn. Hun handtekening had nul waarde. Mochten geen transacties doen. Geen overdracht, overdragen, overhandigen (uitsluitend in de legale en economische zin dan, hun handwerk had wel nut). Hier staat hand direct in relatie met ‘geest’, ‘verstand’, dat een vrouw niet geacht werd te bezitten.

Hand is ook verwant, via het Griekse ‘cheir’, met ‘grijper’. Iets pakken (be-grijpen?), door de hulp of tussenkomst van iemand, door middel van iemand. Hier komt het geloof, religie, in het spel. Toegepast op God, als symbool voor zijn macht, activiteit, kracht, bij het scheppen van het heelal, in het handhaven en bewaren (als in: God is aanwezig om iemand te beschermen en te helpen), in het straffen, in het bepalen en controleren van het lot van de mensen.

Men kende in het Nederlands het werkwoord·onthanden, dat betekende: iemand iets uit handen nemen, iemand iets afnemen. Van dit werkwoord is nu alleen nog het voltooide deelwoord onthand over, dat het beste kan worden weergegeven door ontriefd.
Iemand onthanden betekent dus: iemand de hand afnemen en hij die onthand is, heeft geen hand meer en is daardoor belemmerd in zijn·handelingen. Hij heeft, met andere woorden, geen hand meer tot zijn gerief, voordeel, dienst en is dus ontriefd. Ontrieven immers is: iemand ontnemen wat tot zijn genot of gemak strekt.

Er is ook een link naar de politiek, naar macht, naar wet. Handhaven. Iemand de hand boven het hoofd houden. Met de handen in het haar zitten. Twee handen op een buik. Achter de hand hebben. In de hand werken. Ergens de hand in hebben. De hand op leggen. Iets naar zijn hand zetten. Handvest. Met harde hand. ‘De handen gebruiken, regeren’, ‘gehenden’, ‘overhandigen’. Ik draai jou de hand om, in een handomdraai. De hand op de knip houden. Zijn hand overspelen. De handen pakken is verwant aan arresteren, pakken, de handen·grijpen, vasthouden.

Onthanden. Onthouden. Afpakken. Onthand, ontdaan. Wat we ervaren als we iets niet langer, of helemaal nooit, kunnen of mogen. Kan een origineel (zoals het beeld de Pietà) geheel of gedeeltelijk vervangen worden door een kopie? Is een werkelijke aanraking, een handreiking, vervangbaar door een placebo, een stand-in? Kan wat kapot is worden gerepareerd?
Wat gebroken is wordt nooit meer als voorheen, hield de orthopeed mij bij ieder bezoek voor.
Wat betekent dat voor een kunstwerk?

©Liesbeth Bik, 2021

terug

1 april - 14 september 2021: de arm is bij Liesbeth Bik.

English

travelogue

2023 © rinihurkmans

home

preface

manifesto

contact

gestures